Rondje Tunesie

22 februari 2009 - Amman, Jordanië

Nadat ik onlangs kritiek had geuit op het stukje 'Rectivicatie Marokko' van Simon en hem had aangesproken op het achterwegen blijven van een verhaal over onze belevenissen in Italie, heeft Simon mij duidelijk gemaakt dat ik mij hier niet mee moest bemoeien aangezien ik geen bijdrage lever aan zijn forum. Hier had hij inderdaad een punt en daarom heb ik hem aangeboden een eenmalige 'gastcollum' te schrijven voor zijn internetsite. Alhier daarom een samenvatting van ons rondje Tunesie geschreven door Simon's grote broer en reisgenoot Leo.

Op 17 januari zijn wij met de nachtboot naar Tunesie gevaren. Een boottocht van ruim tien uur. Aangezien de slaapstoelen binnen enkele minuten al bezet waren, hebben wij net als vele anderen op de grond van het restaurant moeten slapen. Hier wachtte ons de eerste kennismaking met de Tunesiers. Uiteraard stond het restaurant, ondanks het rookverbod, binnen enkele minuten blauw van de sigarettenrook. En midden in de nacht werden wij gewekt als gevolg van een opstootje tussen een aantal ruziende Tunesiers. Kortom: 'Welkom in Tunesie!'

De volgende morgen kwamen wij om 9.00 uur aan in Tunesie. Nadat wij door de douane werden doorgelaten, zijn we direct op de fiets gestapt richting Korbous. Korbous is een dorpje [met niet meer dan een straat, twee hotels en wat winkeltjes] dat bekend is vanwege een warmwaterbron. Na te zijn aangekomen in Korbous hebben wij direct een hotel gezocht. Vervolgens snel wat gegeten en in stralend weer naar de warmwaterbron gelopen. Bij de passage van twee Tunesische-meiden sloegen wij van verbazing achterover na het horen van de kreten; 'Wauw!' en 'Oehlala!'. Toch niet echt iets wat wij in een islamitisch land hadden verwacht. Na enige tijd bij de bron te hebben gezeten en onze voeten daaraan te hebben opgewarmd, zijn wij terug naar het hotel gelopen. Simon en ik waren beiden erg te spreken over onze eerste dag in Tunesie. Mooi landschap, stralend weer en aardige mensen.

De dag erna zijn wij vroeg opgestaan om in het warme water van de bron te dobberen.  Vervolgens zijn wij in stralend weer naar Nabeul gefietst. Hier onze tent op de camping opgezet en de volgende morgen in de regen wakker geworden. De daaropvolgende 20 uur heeft het non-stop geregend. Eigenlijk is het nadat wij uit Marrakech zijn weggefietst vrijwel altijd slecht weer geweest. Erg veel regen en regelmatig ook erg koud. Simon zag het daarom even niet meer zitten, zoals hij later zei. En als het aan mij had gelegen, dan hadden we direct de trein gepakt naar Tunis om vervolgens naar huis of een warmer oord te vliegen.

Op 21 januari was het weer droog en zijn we op de fiets gesprongen met de intentie om zo snel mogelijk naar het zuiden af te dalen, aangezien wij daar meer kans zouden hebben op beter weer. Al snel bleek dat de grote weg langs de kust erg druk was, ook met veel vrachtverkeer. In tegenstelling tot Marokko was er geen verharde strook langs de rijbaan bedoeld voor; ezels, brommers, fietsers e.d. Bovendien zijn de auto's van veel betere kwaliteit, met als gevolg dat ze veel harder rijden. Deze dag zijn we geeindigd in Sousse. S'avonds nog even een rondje door het centrum gelopen, maar nadat wij weer ouderwets werden lastiggevallen door een stel pubers [die wij 'meelopers' noemen], hebben wij het snel voor gezien gehouden.

Deze 'meelopers' [waar wij er in Marokko al erg veel van hebben ontmoet] beginnen altijd achter je aan te lopen, waarop Simon en ik dan zeggen: 'er is er weer een opgestart'. Vervolgens begint zo'n mannetje dan een gesprek. Deze gesprekken verlopen vrijwel altijd volgens een vast patroon. Eerst hoor je: 'hello my friend!'. Vervolgens wordt er dan geraden waar wij vandaan komen [zijn ze overigens vaak erg goed in]. Als is vastgesteld dat we uit Nederland komen, volgt er een opsomming van een aantal Nederlandse plaatsnamen. Uiteraard woont er een oom in Nederland. Opvallend vaak in Tilburg of Breda [zal wel in de handleiding staan]. Hierna wordt er gevraagd in wel hotel we zitten en wat we gaan doen etc. etc.. Dan volgt de reeks aan diensten die ze ons aanbieden, dit kan zijn; drugs, alcohol, restaurant, Ali-Baba Shop, bordeelbezoek, etc. etc.. Nadat alle diensten zijn afgeslagen en ze merken dat er niets te halen valt, vertellen ze vaak vanuit het niets dat ze student zijn en blijkbaar weinig geld hebben. Vervolgens vragen ze of wij koffie of bier met ze willen drinken. Na hierop 'nee' gezegd te hebben, komen de mannen ter zake en vragen ze ons of wij dan geld voor ze hebben zodat zij koffie of bier kunnen gaan drinken. Na nogmaals een ‘nee’ haken de mannen dan uiteindelijk af. Uiteraard raken wij ook steeds bekwamer in het afpoeieren van deze figuren. Dus zodra wij horen: ‘hello my friend!’, reageren wij direct met: ‘where are we from?’.

Vanuit Sousse zijn we in een dag met de wind in de rug naar Sfax gereden [131 km]. En ook in Sfax hadden we binnen vijf minute weer een ‘vriend’ die bier met ons wilde drinken. Overigens wordt de alcohol meestal niet in de supermarkt verkocht, maar s’avonds in een donker steegje net naast de supermarkt [want uiteraard drinken moslims niet].

De volgende dag hadden we de wind zwaar tegen en daarom hebben we het na ruim 50 km maar voor gezien gehouden. De dag erna stond er echter een nog veel krachtigere wind. Doordat er echter geen beschutting meer was van bomen e.d. en de wind van de zijkant kwam en we dus telkens de weg op werden geblazen, hebben we maar besloten om ons naar Gabes te laten brengen. Binnen tien minuten zaten we in een zogenaamde ‘louage’ [dit is een gedeelde taxi]. De fietsen moesten achterin. Simon’s fiets had de taxichauffeur snel in de bus gezet. Die van mij ging echter wat lastiger. Terwijl mijn voorwiel nog buiten het busje hing, wilde de chauffeur de deur al dichtslaan. Gelukkig heb ik net kunnen voorkomen dan mijn wiel dubbellag en heb ik zelf de fiets maar in het busje gezet. Binnen een uur waren wij vervolgens tussen de dadelpalmen in Gabes. In Gabes zijn wij twee dagen gebleven en hebben we erg genoten van het lekkere weer. Ook de mensen waren een stuk vriendelijker en minder opdringerig.

Vanuit Gabes zijn wij op 27 januari naar Matmata gereden. Een kort tochtje van 47 km. Matmata staat bekend om zijn ‘trologyt-woningen o.i.d’. Wij hebben dan ook in een ondergronds-hotel geslapen.

De volgende dag wachtte ons een zware etappe naar de oasestad Douz. Douz ligt aan de rand van de Sahara en onderweg lagen daarom ook geen andere dorpjes op onze route. Al snel bleek dat wij de wind zwaar tegen hadden. De eerste 20 km lukte het ons nog redelijk door te trappen. Maar al fietsent op de zandvlakte zaktte onze snelheid terug naar 11 a 12 km/h. Bovendien stoof het fijne zand ons in de ogen. Uiteindelijk is het ons, na bijna acht uur fietsen, gelukt om voor het donker Douz te bereiken. Na de tent op de camping te hebben opgezet, zijn we snel in slaap gevallen.

De dag erna direct Douz verkend. De naast de camping liggende school had net pauze en daarom werden wij door vele scholieren gegroet. Al snel liep er een groepje schoolmeiden achter ons aan. Wij hoorden dat zij hun Engels oefenden om later een gesprek met ons aan te knopen. De eerste woorden die wij hoorden waren; ‘hello’, ‘goodmorning’ en ‘how are you?’. Maar bij het horen van het woord ‘relationship’ konden wij ons lachen maar moeilijk inhouden. Later heeft de campingbaas een groepje van deze schoolmeiden de toegang tot de camping moeten ontzeggen, omdat zij ons herhaaldelijk kwamen stalken.

Verder hebben wij ons in Douz prima vermaakt:mooi weer, goedkope camping [1,10 euro p.p.], erg aardige mensen en een prachtige omgeving. Minder fraai was dat Simon zijn enkel verstuikte als gevolg van een val uit een dadelpalm.

Vanuit Douz zijn wij door een aantal kleinere oasedorpjes naar Kebili gefietst. Een Nederlandse reiziger had ons al gewaarschuwd voor de mensen aldaar. De politie had ter nauwer nood kunnen voorkomen dat een demonstrerende menigte [uiteraard tegen Israel] zijn camper heeft kunnen vernielen. In Kebili aangekomen zagen wij direct een plaats waarvan wij vermoeden dat het een camping was. Na navraag bij de jongen van de ‘camping’ bleek dat wij hier inderdaad onze tent konden opzetten. Na dit gedaan te hebben, kwamen er een aantal mannen de ‘camping’ opgelopen. De mannen kwamen vertellen dat wij hier niet konden overnachten, omdat dit geen camping was en deze plaats niet veilig voor ons was. Pas later bleek dat ze van de politie waren. Al wegfietsent van wat geen camping bleek te zijn , vond een kwaadkijkende-Tunesier het nog leuk om aan mijn fietstassen te trekken. Het bleek dus inderdaad geen prettige plaats te zijn! Toen Simon even later bij een hotel naar binnen liep om te vragen of wij hier konden slapen, wachtte hem echter een nog vervelendere ervaring. De homoseksuele-jongen van het hotel bleek uit te zijn op seks en maakte hier geen geheim van. Bovendien zette hij zijn voornemens kracht bij door indirect te dreigen met een grote nijptang. Nadat Simon de jongen duidelijk maakte hier niet van gediend te zijn, vluchtte de jongen het hotel uit en was hierna onvindbaar.  

Wij zijn de volgende dag daarom maar snel vertrokken uit deze rare plaats en zijn over een groot zoutmeer [Chott El-Jerid] naar Tozeur gefietst. In deze plaats hebben wij twee dagen op een erg leuke camping tussen de dadelpalmen gestaan.

Op 2 februari zijn wij aan onze terugreis in Tunesie begonnen. En omdat wij de wind vrijwel de gehele terugreis in de rug hadden, waren wij vijf dagen later al in de hoofdstad Tunis. Op de terugweg hadden wij elke dag nog ruim de tijd om s’middags wat te ondernemen. Zo hebben wij een aantal Romeinse tempels bezocht in de plaats Sbeitla, de medina van Kairouan verkend en gerelaxed aan de zee in Hammamet.

In Tunis hadden wij weinig tijd om leuke dingen te ondernemen. Hier moesten wij ons namelijk bezighouden met het regelen van onze vlucht naar Egypte. Als gevolg van het meenemen van de fietsen een heel gedoe.

Al met al hebben wij erg genoten van onze rondreis door Tunesie!!

 

 

 

 

3 Reacties

  1. pake:
    25 februari 2009
    Hallo Simon en Leo,

    Moet je vaker doen, Leo, je kan prima verslag doen!
    Respect voor jullie doorzettingsvermogen!
    Groeten uit Leeuwarden, Titia en fam.
  2. Lin:
    4 maart 2009
    Dikke knuffel van jullie zusje
  3. Agustí Paradeda:
    8 september 2009
    Helow brothers
    how has been your retorn to Nederlands? I´m sorry I can´t understant dutch.Anyway I´m coming next thursday to Eindhoven until monday and travel around. If you like to meet me you may contact to my mail. In any case... see you soon